Te trage zaadlozing of een afwezige zaadlozing

Onvrijwillige uitstel of het in het geheel niet optreden van de zaadlozing kan vele redenen hebben, in de geest van de man, in de hersenen doordat bepaalde plaatsen van de hersenen niet meer goed functioneren (bijvoorbeeld na een beroerte) of doordat de zenuwbanen naar en in de geslachtsorganen niet meer werken. Hormonen zoals testosteron en andere neurostimulators spelen daarbij ook een rol.

De zaadlozing komt tot stand door een ingewikkelde samenwerking tussen hersenen en de rest van het lichaam. Zenuwprikkels zorgen ervoor dat er toestroom van zaad plaatsvindt dat in de emissiefase en vervolgens in de expulsiefase door ritmisch samenspannen van de bulbocaverneuze spier die zich aan de basis van de plasbuis bevindt. Daardoor wordt het zaad naar buiten gestoten. Het zaad ziet er wittig uit en komt samen met het prostaatvocht, dat er glazig uitziet, naar buiten. Voor de zaadlozing wordt er vaak uit speciale kliertjes voorvocht geproduceerd, dat er glijerig en waterig is en bij opdrogen plakkerig aanvoelt (als een soort gel).

Bij de zaadlozing wordt meestal het orgasme ervaren, dat wil zeggen het gevoel van een soort hoogtepunt waarbij alle energie en aandacht naar de zaadlozing gaat en waarbij tevens een erg prettig gevoel loskomt, dat snel na het orgasme verdwijnt.